Dierenwelzijn in de praktijk

Dierenwelzijn is een essentieel aspect van de Belgische vleesveehouderij. Zowel Belbeef voor rundvlees als Belpork voor varkensvlees hebben duidelijke normen en initiatieven ontwikkeld om het welzijn van dieren te waarborgen. Deze initiatieven zijn vastgelegd in gedetailleerde lastenboeken die de basis vormen voor certificering en kwaliteitszorg in de sector.

De Belbeef Standaard

Belbeef beheert de Belbeef Standaard, een certificeringssysteem dat de volledige Belgische rundvleesproductie dekt, van veehouder tot consument. Deze standaard legt strikte eisen op het gebied van dierenwelzijn, die verder gaan dan de wettelijke verplichtingen.

Belangrijke aspecten van de Belbeef Standaard:

Vaste verblijfplaats: Volwassen runderen moeten minimaal 75 dagen (koeien) of 180 dagen (stieren) op hetzelfde bedrijf verblijven vóór ze geslacht worden. Dit zorgt voor een stabiele omgeving met voldoende voeding en ruimte, en vermindert stress.
Voeding en water: Dieren moeten toegang hebben tot voldoende en geschikt voer en water. Elke rund moet een eigen voederplaats hebben, tenzij er 24/7 toegang is tot voer.
Comfort in de stal: Stallen moeten schoon zijn, voldoende ruimte bieden en voorzien zijn van voldoende stro of ligmatten. Goede ventilatie is essentieel voor het comfort van de dieren. Als de dieren toegang hebben tot een weide, moeten ze zich vrij kunnen bewegen tussen weide en stal.
Comfort bij transport: Transport moet uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel met een vakbekwaamheidscertificaat om het welzijn van de dieren te garanderen. De transporttijd mag nooit meer dan 3 uur bedragen, en de dieren moeten voldoende ruimte hebben.
In het slachthuis: Slachthuizen moeten beschikken over een dierenwelzijnsbeleid en voldoen aan strenge eisen op het gebied van opleiding, visuele controle en gebruik van camerabeelden. Dat bepaalt het FEBEV-PLUS lastenboek en gaat verder dan de wettelijke verplichtingen.

Het BePork Welfare-label

In het najaar van 2021 lanceerde Belpork het BePork Welfare-label, het eerste nationale dierenwelzijnslabel voor varkensvlees. Het label garandeert vlees dat geproduceerd is volgens normen die veel verder gaan dan de wettelijke verplichtingen.

Belangrijke elementen van het BePork Welfare-label:

Extra ruimte en speelmateriaal: Varkens krijgen meer leefruimte dan wettelijk verplicht, en krijgen toegang tot speelmateriaal op het bedrijf. Dat draagt bij aan het natuurlijk gedrag van varkens.
Meer eet- en drinkplaatsen: Er zijn meer drink- en eetplaatsen per dier, wat zorgt voor een betere toegang tot voedsel en water.
In het slachthuis: Extra focus op rustige omgang met de dieren bij laden en lossen en efficiënt verdoven.
Keuzes van de handelaar: Handelaren kunnen bovendien eigen accenten leggen die passen bij hun klanten en bedrijfsvoering.

Het BePork Welfare-label bouwt verder op de kwaliteitseisen van het BePork-kwaliteitssysteem. Varkenshouders en slachthuizen die aan alle eisen voldoen, produceren volgens een hoger niveau van BePork Welfare.

Enkele BePork-kwaliteitseisen rond dierenwelzijn:

Extra normen voor varkenshouders: Varkenshouders moeten sterftecijfers opvolgen en een euthanasiebeleid opstellen in overleg met hun dierenarts.
Onafhankelijke controles: Er worden specifieke controles uitgevoerd gericht op dierenwelzijn. Onafhankelijke inspecteurs beoordelen het welzijn van de varkens op het bedrijf.
Opleiding van dierenwelzijninspecteurs: In samenwerking met de Universiteit van Bristol is een opleiding ontwikkeld voor dierenwelzijnsinspecteurs. Dankzij die opleiding leren ze hoe ze dierenwelzijn op een objectieve en verantwoorde manier kunnen beoordelen. De inspecteurs worden jaarlijks beoordeeld om hun kennis up-to-date te houden.